Werkblad 4.2: Een absorptiefotometer voor instructie op school (5/6)

Meting van de absorptie

In het algemeen kan de absorptiecoëfficiënt worden bepaald door enkelvoudige metingen van intensiteitspectra en de verwerking daarvan, zoals in detail beschreven in het gedeelte over de analyse van fotometergegevens. Op een vergelijkbare manier kunnen de decadische extinctiecoëfficiënt en de extinctie worden berekend. De spectra van de donkere stroom moeten van elk referentie- en voorbeeldspectrum worden afgetrokken.

Photometer read file De software van de fotometer maakt automatische verwerking van metingen en berekening mogelijk om spectra van de extinctie te verkrijgen. De procedure wordt gestart door op het symbool aan de linkerkant te klikken (A staat voor absorptie). Het dialoogvenster leidt naar de volgende gegevensvensters.

Zoom Sign
Fotometer integratietijd
Eerste stap: zonder cuvet in de houder wordt een intensiteitsspectrum gemeten en gecontroleerd op mogelijke overbelasting. Met “Automatisch instellen ...” kan de integratietijd worden geoptimaliseerd.
Zoom Sign
Donkerstroom fotometer
Tweede stap: Het donkerstroomspectrum wordt bepaald. Hiervoor wordt de schuine plaat zodanig in de kuvettenhouder geplaatst dat er geen lichtstralen in de polychromator kunnen komen. Anders kan de stroomtoevoer van de lamp worden afgesloten.

 

Zoom Sign
Referentie fotometer
Derde stap: De cuvet wordt in de houder geplaatst en gevuld met de referentievloeistof. De lamp wordt ingeschakeld en het referentiespectrum wordt gemeten.
Zoom Sign
Referentie fotometer
Vierde en laatste stap: De referentievloeistof wordt vervangen door het monster. Vanaf nu worden spectra van de extinctie gemeten die gecorrigeerd zijn voor donkere valuta. Het gegeven voorbeeld toont het absorptiespectrum van het chlorofylmonster, waarvan het intensiteitsspectrum eerder is getoond.

Meting van de transmissie

Menuvenster Fotometer Transmissie Het meten van transmissiespectra kan op een vergelijkbare manier.