2. Verstedelijking
De toekomst van de stad - een duurzame stad?
Steden beslaan slechts 2% van het landoppervlak van de wereld maar gebruiken meer dan 75% van de natuurlijke rijkdommen van de wereld (Battle 2007). Ze verbruiken ongeveer 75% van de energie van de wereld en dragen een equivalente hoeveelheid bij aan mondiale vervuiling. Verstedelijking is gekoppeld aan uitputting van rijkdommen, meer afval en vervuiling en de vermindering van soorten. Gemiddeld verbruikt iedere stad van 1 miljoen mensen dagelijks 625.000 ton water, 2.000 ton voedsel en 9.500 ton brandstof en genereert 500.000 ton afvalwater, 2.000 ton vast afval en 950 ton luchtvervuilers (Pacione 2001).
De toekomst in Europa?
Oud, arm en eenzaam, dat is het sombere vooruitzicht dat veel mensen bedreigt middenin een wereldwijd toenemende en ouder wordende bevolking. De stadsplanner Albert Speer dringt erop aan: "We moeten steden en regio's met korte afstanden ontwerpen, we moeten onze steden voorbereiden op een bejaarde gemeenschap!" (Latz 2007).
Het denkbeeld van het gezinsvijandige stadsleven moet gecorrigeerd worden en er moet een nieuw model ontwikkeld worden van "gezinsvriendelijk en kindgericht leven" voor zones dichtbij het stadscentrum. De duurzaamheid van toekomstige steden ligt in de mengeling van verschillende sferen zoals wonen, werken, vrijetijd, gezondheid, cultuur en consumptie in besloten ruimten. Een manier om de noodzaak van verplaatsing te reduceren zou zijn om huizen, jobs en diensten in een relatief compact stadscentrum te concentreren om een hoge graad van toegankelijkheid te bereiken met minder noodzaak van verplaatsing (Pacione 2001).
Concentratie van ontwikkeling in bestaande stadscentra kan ook bijdragen tot het herstel en de revitalisering ervan (Pacione 2001). . Om ruimte te verschaffen wordt hoogbouw gebouwd Concentration of development in existing urban centres may also contribute to their rehabilitation and revitalisation (Latz 2007).
Om het even welk toekomstig stadsmodel moet duurzaam zijn. Het concept van duurzame ontwikkeling is gebaseerd op de drie principes: gelijkheid tussen generaties, sociale rechtvaardigheid en verantwoordelijkheid over de grenzen heen (Pacione 2001). De steden van de toekomst moeten aanzienlijk "beter" zijn of wat bekend is geworden als Planeet Positief. Dit zal vier sleutelveranderingen voor steden met zich meebrengen:
- Meer energie produceren dan ze nodig hebben,
- Netto koolstofopnemers worden,
- Afval verzamelen en verwerken binnen de stadsgrenzen,
- Gerecycleerd water verzamelen en reinigen.
Dit alles dient parallel aan de creatie van welvaart en de bevordering van sociaal welzijn en individuele gezondheid te gebeuren (Battle 2007).
Ecologische voetafdruk
De ecologische voetafdruk berekent de oppervlakte die een persoon nodig heeft om zijn of haar eigen levensstijl mogelijk te maken. De doorslaggevende factor is energieverbruik en gebruik van middelen in het dagelijks leven van die bepaalde persoon. Gemiddeld is de ecologische voetafdruk van een Duitser 4,7 ha per jaar, en als iedereen op dat consumptiepeil zou leven, zou de mensheid 2,5 wereldbollen nodig hebben. De oppervlakte van Londen is 158.000 ha, haar ecologische voetafdruk bedraagt echter 19.700.000 ha en is daarom 125 maal groter dan Londen zelf (London.gov.uk).
De Wereldcommissie over Milieu en Ontwikkeling voorspelde in 1987 een stijging in het mondiale energieverbruik van het equivalent van 10 miljard ton kolen per jaar in 1980 tot 14 miljard tegen 2025, uitgaande van een bevolkingstoename van 4,5 miljard tot 8,2 miljard (Pacione 2001).
Volgens de berekening van het Internationaal Agentschap voor Energie zal het energieverbruik wereldwijd met ongeveer tweederde stijgen tot 2030. Energie zal steeds duurder worden en er zal een tekort zijn. Steden zijn de leefruimten van de toekomst en ze zijn ook de concentratiegebieden van energieverbruik. Daarom is een middelenvriendelijke behandeling nodig (Latz 2007). De uitdaging van de toekomst is de stadshonger naar energie te bevredigen, maar tegelijkertijd het economisch levensonderhoud niet te op spel te zetten. Stadsplanner zullen zich moeten concentreren op moderne, energiezuinige technieken, om de steden voldoende op een middelenvriendelijke en kostenbesparende manier van energie te voorzien (Claaßen 2008).
Taken:
1a. Volg de koppeling http://earthday.net/footprint/flash.html en bereken je persoonlijke ecologische voetafdruk.
1b. Vergelijk jullie "voetafdrukken" in de klas en bespreek individuele mogelijkheden om er iets aan te doen.
2. Verzamel je eigen ideeën van een duurzame en leefbare stad van de toekomst in kleine groepen.