2. Verstedelijking

Marginalisering

De toenemende verstedelijking in ontwikkelingslanden gaat gepaard met een toenemende marginalisering van brede lagen van de bevolking. Als gevolg van de aanhoudende migratie naar de steden stijgt de bevolkingsdruk op enorme schaal en leidt tot een ernstig tekort aan woonruimte. Dit leidt tot de marginalisering en de ontwikkeling van marginale nederzettingen aan de periferie van megasteden in de Derde Wereld (Latz 2007).

Types van marginale nederzettingen

Marginalisering als een groter wordend probleem van verstedelijking

Marginale nederzettingen vertonen de hoogste bevolkingsdichtheid van de wereld (de krottenwijk Dharavi in Mumbai 25.000 p/km², gemiddelde dichtheid in München (geen krottenwijk) 3.955 p/km²). Tegenwoordig leeft ongeveer 40% tot 65% van de metropolitische bevolking in marginale nederzettingen (voor een mondiale verdeling van de bevolking van krottenwijken, zie grafiek) (Bauer et al. 2005, Latz 2007).

Krottenwijk in Rio
Krottenwijk in Rio.
Foto: Andreas Nilsson
Krottenwijk in Mumbai
Krottenwijk in Mumbai.
Foto: Joel Newell

Binnen iedere stad bestaan er vaak aanzienlijke maatschappelijke verschillen tussen wijken. De "betere" buurten worden meer en meer aparte enclaves, de zogenaamde " gated communities". Uit dergelijke segregaties ontstaat geleidelijk een verdeelde stad (Gresh 2007).

Vergelijking tussen bevolking in de stad en in de krottenwijken
Vergelijking tussen bevolking in de stad en in de krottenwijken.
Eigen illustratie, Bron: Claaßen 2008

 

De marginale buurten vertonen aanzienlijke tekorten in technische en maatschappelijke infrastructuur: er zijn geen scholen, ziekenhuizen en openbaar vervoer. Vooral de drinkwatervoorziening is problematisch, omdat de middelen van de stadsgebieden niet voldoende zijn. Bovendien belet de ongeschikte planning op vlak van infrastructuur de aansluiting op het water van veel marginale nederzettingen, zodat de watervoorziening vervangen moet worden door een dure privétankwagen. De slechte hygiënische omstandigheden evenals het ongecontroleerd lozen van rioolwater en afval zonder waterzuiveringsinstallaties bevorderen bovendien de verspreiding van ziektes (diarree, tyfus, cholera, in 1994 brak er pest uit in Surat/India) (Bauer et al. 2005, Latz 2007).

 

Huisvesting in Jakarta
Huisvesting in Jakarta, Indonesië.
Foto: Jonathan McIntosh
Beekje binnenin een krottenwijk
Beekje binnenin een krottenwijk.
Bron: Wikimedia

De energievoorziening wordt deels "gegarandeerd" door van draden en verdelers af te tappen. Afvalhout of propaangas dienen als energie- en warmtebronnen (Latz 2007).

De ongecontroleerde groei van marginale nederzettingen houdt een groot gezondheidsrisico in. Mensen die in krottenwijken leven – waar een groot gedeelte van de stadsarmen wonen, maar niet allemaal – scoren slechter qua gezondheid en lopen meer kans om getroffen te worden door kindersterfte en acute aandoeningen van de luchtwegen dan hun tegenhangers die niet in een krottenwijk wonen (Bauer et al. 2005, UN-HABITAT 2006).

80% van de mensen in dit gebied werkt in de informele sector en verdienen een schamel loon met het verzamelen van afval, schoenen poetsen, auto's wassen en het verkopen van dranken of kruidenierswaren. Het werk kan op dag- of uurbasis zijn, er zijn geen arbeidscontracten, geen ontslagbescherming en ook geen ziekte- of sociale verzekering. Een hoge werkloosheid is ook kenmerkend (Claaßen 2008, Latz 2007).

Informele sector

De alternatieve werksector van de gemarginaliseerde bevolking, vooral in ontwikkelingslanden. Jobs worden uitgeoefend zonder sociale zekerheid en belastingen. Het strekt zich uit over alle economische sectoren en omvat orgaandonaties, kinderarbeid, prostitutie en bedelen.

In de steden van de ontwikkelingswereld leeft één op iedere vier huishoudens in armoede; 40% van de Afrikaanse stadshuishoudens en 25% van de Latijns-Amerikaanse stadshuishoudens leven onder de lokaal vastgestelde armoedegrenzen; 37% van de bevolking van de ontwikkelingswereld is tewerkgesteld binnen de informele sector (UN-HABITAT 2001).

Pauperisme, verhongering en ondervoeding zijn algemeen en bovendien zijn deze buurten een mikpunt van druggebruik, misdaad en prostitutie evenals HIV-infectie en gezinsdegeneratie (Bauer et al. 2005, Claaßen 2008, Latz 2007, UN-HABITAT 2006).

Zijn marginale buurten politiek ontoegankelijk?

De stads- of deelstaatoverheid heeft zich in grote mate teruggetrokken uit de gemarginaliseerde gebieden. Deze terugtrekking en meer over de stad verspreide processen houden het risico in dat grootschalige agglomeraties oncontroleerbaar zullen worden, niet alleen in economische en sociale termen, maar ook politiek en daarom onbestuurbaar worden (Bronger 1996).

Veel steden worden reeds geconfronteerd met ernstige beperkingen qua infrastructuur en sociale diensten. Het is een zeer reëel vooruitzicht dat grote steden de voornaamste broeihaarden van maatschappelijk onrust zouden kunnen worden in de komende decennia. Planning zal steeds meer onontbeerlijk worden, naarmate meer en meer actieve gemeentebesturen nodig zullen zijn (De Blij, Murphy 2003).

Strategieën van de administratie tegen het woningtekort

Tasks: 1. Beschrijf de grafiek over stads- en krottenwijkbevolking volgens de regio's.
2. Stel een oorzaak-en-gevolgdiagram op om de oorsprong en problemen van marginale nederzettingen te laten zien.
3. Evalueer de verschillende strategieën van de administratie om de huisvestingsproblemen te verlichten.